"Ik bepaal toch zelf wat mijn kleinkind bij mij mag?!" | JNS Coaching Baarn
"Ik bepaal toch zelf wat mijn kleinkind bij mij mag?!" | JNS LevensCoach Utrecht
"Ik bepaal toch zelf wat mijn kleinkind bij mij mag?!" | JNS Levenslooppsychologie Baarn
"Ik bepaal toch zelf wat mijn kleinkind bij mij mag?!" | JNS Coaching en Levenslooppsychologie
Coaching
Psycholoog
Training
Personal Coaching
Bedrijfscoach
"Ik bepaal toch zelf wat mijn kleinkind bij mij mag?!"
“Om mensen laagdrempelig te bereiken met handige tips en tools uit mijn coaching- en psychologiepraktijk, schrijf ik een twee-wekelijkse column in de Baarnsche Courant. Daarin schrijf ik over (dagelijkse) dingen die je behoorlijk dwars kunnen zitten en die voor veel mensen heel herkenbaar zijn. Heb je vragen naar aanleiding van deze blog? Dan hoor ik dat graag!”
"Ik bepaal toch zelf wat mijn kleinkind bij mij mag?!"
Ze spreekt me aan in de supermarkt. Ze weet wie ik ben en wat ik doe. Of ik haar even ergens mee kan helpen, vraagt ze, als ik tenminste een momentje heb. “Ja, natuurlijk” zeg ik, “momentjes in overvloed, dus steek vooral van wal,” terwijl we op een bankje gaan zitten.
Ze heeft twee lieve kleinkinderen van 2 en 5 jaar van haar zoon, vertelt ze. En als ze bij haar zijn, verwennen zij en haar partner (haar man is 8 jaar geleden overleden) de kinderen graag. Haar man was nogal streng voor de kinderen geweest, en haar zoon is dat nu ook. Om het maar niet te hebben over haar schoondochter want die is echt van het supergezonde en alles moet verantwoord zijn, tot de kleding en speelgoed toe. Maar zijzelf is helemaal niet zo streng van nature. En dat is nu het probleem, dat strenge is toch niet nodig altijd? Zij mag haar kleinkinderen toch als oma lekker verwennen en best wel eens “verkeerde” dingen geven of doen? Dat is toch de rol van oma’s?
Zo had ze vorige week met de kleinkinderen een lekkere apfelstrudel met slagroom gemaakt, en waren ze daarna nog ijsjes gaan eten. Allemaal twee bolletjes met lekker veel spikkels. Het was immers zo heet geweest en de laatste week van de vakantie. Nog even lekker genieten van en met elkaar. Zo een keertje uit de band springen kan echt geen kwaad in haar ogen. Toen had haar schoondochter ’s avonds gebeld en geklaagd dat de kinderen niets hadden willen eten. De schoondochter had zo boos geklonken en ook gezegd dat “als het zo moest, dat de kinderen dan voortaan wel thuisbleven.” Ze had helemaal overdonderd opgehangen en sinds die tijd niets meer gehoord. Wat moest ze nou doen?
“Wat rot voor u om te horen te krijgen, na zo’n leuke dag,” zeg ik, “dat was vast enorm schrikken.” Ze knikt, met tranen in haar ogen. “Voor sommige families is het geen enkel probleem,” zeg ik. “Daar mogen opa’s en oma’s bij hen thuis de kleinkids vrijelijk verwennen zonder dat dit tot ruzies leidt. Maar in bijna de helft van de gevallen levert dit in de praktijk problemen op, zo blijkt uit recent onderzoek. En vaak gaat het dan over een andere vorm van discipline bij opa en oma, wat ze te eten krijgen of hoelang een kind tv mag kijken. Maar ook bijvoorbeeld dat kleinkinderen verschillend behandeld zouden worden, of dat grootouders geen foto’s met de kleinkinderen mogen plaatsen op sociale media. Dus 1 op de 2 gezinnen loopt hier wel eens tegenaan.”
Ze kijkt me met iets van opluchting aan. “Ik ben dus niet de enige die dit meemaakt?”, vraagt ze dan aarzelend. “Nee hoor,” zeg ik, “helemaal niet. Voor 1 op de 7 kinderen is dit verschil in aanpak bij de grootouders zelfs zo’n groot probleem dat ze de tijd die de kleinkinderen daar mogen doorbrengen (drastisch) beperken, las ik in deze week toevallig.” Daar schrikt ze enorm van en zegt: “Daar moet ik echt niet aan denken, wat kan ik het beste doen?” Ze kijkt me wat paniekerig aan.
Ik denk aan het eerder genoemde onderzoek waaruit bleek dat als kinderen vragen aan hun ouders om zich meer te houden aan hun richtlijnen 17% dit weigert en ongeveer 50% zich inderdaad meer gaat voegen. Het zich inschikken versterkt de onderlinge relatie natuurlijk. “Ben je bereid om water bij de wijn te doen, en misschien voortaan alleen of een ijsje of een plakje cake te doen als ze bij je zijn? En dan ook wellicht kleinere porties?”, pols ik, terwijl ik haar met een grijns aankijk. Ze begrijpt gelijk wat ik bedoel, en antwoordt met pretoogjes: “Nou, twee grote stukken taart en twee bolletjes ijs was misschien ook wat te veel van het goede op 1 dag. Ik hoefde zelf ook geen avondeten meer. Dat was niet slim van ons.” “Ah,” zeg ik, “als je schoondochter dat zou weten, wat zou ze dan zeggen?” Ze is even stil en zegt dan: “Ik denk dat ze dan eigenlijk wel moet lachen, helemaal als ze hoort dat Peter, mijn partner, de hele avond buikpijn had. Hij eet nooit zoveel zoet.” We moeten alle twee giebelen.
Ik peins even en vraag dan: “Wat krijgen ze thuis aan lekkere dingen, weet je dat eigenlijk?” Ze denkt na en zegt dan, “Nee, dat weet ik eigenlijk niet zo precies. Ik doe wat ik lekker vind…. Maar ik kan dat wel natuurlijk even navragen en dan ook gaan doen?” Ze kijkt me aarzelend aan. “Lijkt me een goed plan,” zeg ik monter. “Laat je me weten hoe het is gegaan?” Dat belooft ze. Ik krijg een week later een foto via de Whatsapp waarin ze een bakboek laat zien die ze van haar schoondochter heeft gekregen met allemaal lekkere dingen die, uiteraard met mate, allemaal mogen. Helemaal leuk en iedereen weer happy.
Soms is een probleem helemaal niet zo groot.