Skip to main content

Mam, ik lijk steeds meer op jou

Geschreven op | Blog

“Om mensen laagdrempelig te bereiken met handige tips en tools uit mijn coaching- en psychologiepraktijk, schrijf ik een twee-wekelijkse column in de Baarnsche Courant. Daarin schrijf ik over (dagelijkse) dingen die je behoorlijk dwars kunnen zitten en die voor veel mensen heel herkenbaar zijn. Heb je vragen naar aanleiding van deze blog? Dan hoor ik dat graag!”

Levenslooppsychologe en Coach Judith Niekel-Sjoerds

Mam, ik lijk steeds meer op jou

Mijn moeder, en dus ook de moeder van mijn broer en mijn tweelingzus, was “apart”. Apart, dat was een gevleugelde uitdrukking bij ons. Met apart kon je subtiel aangeven als mijn moeder bijvoorbeeld iets nieuws droeg wat je niet mooi vond. Zo liet je haar in haar waarde maar deed je de waarheid geen geweld aan. Want zo zijn wij Hollanders, we mogen niet liegen. Ik heb zelf een jaar op mijn 17de in Zuid-Amerika gewoond bij een gastgezin en heb me de “little white lies”, leugentjes om niemand te kwetsen, geheel eigen gemaakt. Andere cultuur en andere manier van omgaan met elkaar.

Mijn moeder had een slecht huwelijk. Daar loog ze niet over naar ons toe. Sterker nog, het kwam te pas en te onpas ter sprake. Mijn vader had dus ook geen goed huwelijk, maar die leed er wat minder onder geloof ik. Hoewel zijn epileptische aanvallen wel steeds erger werden. Maar dat lag volgens mijn moeder ook vaak aan de volle maan. Ik had oude ouders, letterlijk en figuurlijk. Vanaf haar 50ste, nadat mijn moeder omvergelopen was in de Hema en gelijk een gebroken heup had, is het nooit meer goed gekomen met haar. Ze was boos en ongelukkig en gaf het op: kind, ik kan niet meer. Ik zou wel willen, maar het gaat niet meer. Dat ging altijd vooraf aan een opdracht als “stof de trap even” of “maak jij het bad schoon”.

Ik herinner me mijn moeder kettingrokend in haar stoel zittend, het ene na het andere doktersromannetje doorworstelend. In een droomwereld van spannende dokters- en kasteel seks, 12 uur per dag. Met koffie en gebak. Dus kwam diabetes 2 er snel bij. Het huishouden bij ons was dus echt eentje van Jan van Steen. Helemaal na “de val”. Ze deed en kon niets meer.

Ik daarentegen doe wel wat in het huis. Het zal mij niet gebeuren dat ik zo word. Mijn kinderen zien me braaf stofzuigen en in de tuin werken. Ik weet niet of mijn kinderen het zich zo zullen herinneren, maar ik wel. Ik heb een hekel aan die klussen, maar ik laat me niet kennen. Ik niet. En bij mij niet standaard soep uit blik, maar elke dag een verse maaltijd. Ik hoor mijn zoon toen hij 10 was nog tegen een vriendje zeggen: “Mijn mama kookt elke dag wat anders. Soms heb je geluk, en soms heb je pech.” Dat was dus weer een nadeel van niet-uit-blik-eten, je weet niet wat je krijgt en of het lekker is. Met mijn “aardbeiensoep” wordt nog steeds de spot gedreven.

Mijn moeder verviel al snel van niet meer koken tot helemaal niets meer. Ze sportte ook niet, nooit gedaan. Na de dood van mijn vader belandde ze heel snel in het verzorgingstehuis. Ze wilde niets meer, had overal pijn, keek alleen nog maar naar animal planet en was in haar ogen al bijna dood. Dat de dokter een andere mening was toegedaan kon ze niet begrijpen. Toen ik kwam vertellen dat mijn schoonvader terminaal was, zei ze slechts, en doodserieus: Kind, dat ben ik al jaren. En, voor de goede orde, ze heeft hem toch al gauw 8 jaar overleefd. Groot voordeel was dat ik me jaren vrolijk kon beroepen op het feit dat mijn moeder de langstlevende terminale patiënt van Nederland was. Helaas wordt ironie zelden begrepen.

Mijn moeder had dus genoeg aan zichzelf. En dat begreep ik, moeder van twee jonge kinderen, met een baan, een man die vaak op reis was en oude, chronisch zieke ouders en nog oudere, nog ziekere schoonouders, totaal niet. Wegcijferen, zoals ik dat toen deed, was toch wat je deed als moeder en als vrouw?! Hoezo, ik heb genoeg aan mezelf?! Dat was als vloeken in de kerk. Niet voor mijn moeder.

Uitzondering was mijn nichtje die een speciale band had met mijn moeder. In haar had mijn moeder wel interesse. Dachten we allemaal. Dat het toch redelijk eenzijdig was bleek op een cruciaal moment. Mijn nichtje, worstelend met het naderende einde en de dood van oma, vroeg hoopvol en zoekend naar steun aan mijn moeder: Oma, als ik later dood ga, wacht je me op aan de poort dan? Helaas, mijn moeder keek haar slechts gemelijk aan en zei: “Kind, ik heb genoeg aan mezelf. Daar ga ik allemaal niet aan beginnen.” En de zin “ik heb genoeg aan mezelf”, dat werd vervolgens voor ons haar lijfspreuk.

Maar nu ik ouder word, en de kinderen zijn uitgevlogen (maar deze generatie komt ook weer even hard regelmatig terugvliegen heb ik gemerkt) betrap ik me er ook op: ik heb geen zin meer in het zorgen voor iedereen en maar te blijven pleasen als het eigenlijk ten koste van mij gaat. Die tijd heb ik gehad. De navelstreng is door, de zorgdrang is over. Zo gun ik mijn jongens hun eigen leven, en daar hoort in mijn ogen dat ze hun eigen was etc. doen ook bij. Ik wil als ze langskomen van ze genieten, en niet de wasvrouw spelen. Bovendien, er is niets mis met hun handjes. Dat is bij, en tussen ons dus ook nooit een issue geweest. Met het zelfstandig worden en uitvliegen van de jongens kwam als neveneffect dat ik mijn eigen grenzen nu weer beter bewaak.

Ik herken dit in mijn omgeving: steeds meer vriendinnen en kennissen scheppen meer (adem)ruimte voor zichzelf in het gezin, de vrienden- en kennissenkring en werk. Een vriendin van me zei: “Ze vinden me niet meer zo aardig omdat ik niet meer alles slik. Nou, f**k it! Jammer dan. Ik doe het niet meer, ik ben er klaar mee. Nu even ik.”

Eigenlijk is “f**k it” de nieuwe term voor “ik heb genoeg aan mezelf”. Nu ik ouder word, krijg ik meer begrip voor mijn moeder. En stiekem denk ik, mam, ik lijk steeds meer op jou. F**k it.

Judith Niekel-Sjoerds

Levenslooppsychologe en Coach

Blog Archief:

(On)zekere moeder

23 januari 2023
Haar hele leven loopt ze er al tegenaan: alles moet perfect zijn. Maar met een klein kindje in huis en een kat merkt ze dat dingen niet meer gaan h...

De banaan

30 mei 2023
Hij is bij me voor stress en piekeren. Hij is een soort van “rupsje nooit genoeg”: hij had eigenlijk al veel verder moeten zijn in zijn carrière, h...

"Kan niet"

07 maart 2024
Ze is net afgestudeerd en begonnen in haar eerste baan. Sinds een paar weken merkt ze dat erg onrustig is en daarom trekt ze nu bij mij aan de bel....

Career Story Interview (English)

29 september 2022
Are you stuck and wondering what your next career move or step should be? Are you all of a sudden doubting everything (yes, that too!) and feel inc...

De Tijdschrijver

07 maart 2023
Hij komt toch maar even sparren, want het gaat niet goed met hem. Sinds september vorig jaar heeft hij een nieuwe functie. Die bevalt echt enorm g...

De "ja, maar... " zegger

30 september 2022
Hij is eind vijftig, sportief en nerveus. Als ik vraag hoe ik hem kan helpen zegt hij, lichtelijk verbijsterd: “Ze vinden me niet meer zo aardig ke...

Weinig geld omdenken

10 oktober 2022
Vandaag sprak ik tijdens een verjaardag met iemand die me vroeg of ik haar kon helpen iets ‘om te denken’. Ze vertelt dat ze mijn columns in de kr...